INNOVATE kader voor de eerstelijn

Welke stappen doorloop je in de eerste lijn bij de aanpak van overgewicht of obesitas bij kinderen?

Op basis van de recente richtlijnen maakte Eetexpert een compacte kapstok aan de hand van het acroniem INNOVATE. Bij de verschillende stappen worden concrete praktijkfiches voorzien:

  • Invoegen
  • Niet stigmatiseren
  • Negotiëren
  • Onderzoeken
  • Verduidelijken
  • Actie bepalen
  • Timen en plannen
  • Evalueren en bijsturen

Hieronder volgt een samenvatting van dit stappenplan binnen het INNOVATE-kader.

Invoegen

Zorg er bij de aanmelding voor dat je het kind op een warme en open manier onthaalt. Onthaal het kind als persoon in volle groei. Voeg in bij de beleving van het kind of de jongere (en de ouder): Verwelkom het kind/ouder bij zijn (voor)naam, maak contact met waar het kind mee bezig is, probeer in te zoomen op de groei op vele terreinen: hoe gaat het groeiproces op  fysiek, psychologisch, en sociaal vlak? Versterk wat goed gaat in verband met de verschillende aspecten van het groeiproces. 

Aanmeldingsklachten kunnen heel divers zijn, en hebben mogelijks niets met overgewicht te maken. Neem deze klachten serieus en doe deze niet af als een kwaaltje dat zal overgaan als het kind gewicht verliest. 

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Een kind met overgewicht in de praktijk.

Eetexpert ontwikkelde volgende fiches voor het CLB om het gesprek rond de weegschaal te ondersteunen bij kleuterslagereschoolkinderen en adolescenten. Deze fiches zijn ook bruikbaar voor andere hulpverleners zoals de huisarts.

Niet stigmatiseren

Het maatschappelijk beeld over overgewicht en obesitas heeft een sterke invloed op de gezondheid en het welzijn van ons allemaal. Zorgfiguren (ouders, leerkrachten,…) en hulpverleners hebben vaak zelf een (voor)oordeel over zwaardere mensen: er wordt bijvoorbeeld vanuit gegaan dat iemand met overgewicht per definitie een ongezonde leefstijl heeft, niet gemotiveerd is tot een gezonde leefstijl, en zelf de volle verantwoordelijkheid dragen voor het overgewicht. Dergelijke stigma’s rond gewicht zijn niet alleen niet correct,  ze hebben ook een enorme impact op de fysieke en psychosociale gezondheid van mensen met overgewicht, en vormen een barrière voor de behandeling. Stigmatisering zorgt ervoor dat velen van ons zich heel snel ‘te dik’ voelen, en dat kinderen, jongeren en volwassenen met overgewicht en obesitas zich schamen en van het ene dieet naar het andere springen. Zo ontstaat een vicieuze cirkel, want dit lijngedrag brengt hen net verder van een gezond gewicht. Dit willen we niet stimuleren, en al zeker niet bij kinderen.

Kies dus voor een neutrale en niet stigmatiserende taal en bejegening. Bewustwording van je eigen houding en gedrag hierrond helpt om in te gaan tegen de onrechtvaardige vooroordelen. Verder zijn er ook een aantal gespreksmatige zaken waarop je kan letten om niet te stigmatiseren.

Enkele handvatten

  • Vraag toestemming om even over het gewicht te praten: “vind je het OK als we het even over je gewicht hebben?”.
  • Exploreer alle oorzaken van het overgewicht, niet enkel eet- en beweeggedrag.
  • Erken dat veel patiënten al herhaaldelijk geprobeerd hebben om hun overgewicht aan te pakken.
  • Vertrek van de inspanningen van het kind en het gezin in je advies.
  • Benadruk gedragsveranderingen, eerder dan het getal op de weegschaal.
  • Erken de moeilijkheid van het doorvoeren van leefstijlveranderingen.
  • Bedenk dat patiënten negatieve ervaringen ten opzichte van hun gewicht gehad kunnen hebben bij andere hulpverleners.
  • Toets veronderstellingen in plaats van te veralgemenen, bv. sommige kinderen/personen met overgewicht ervaren meer moeilijkheden bij het sporten; is dit bij jou ook het geval? Dit is iets anders dan “kinderen zoals jij hebben meer moeilijkheden met sport”.
  • Maak geen grapjes rond (over)gewicht.
  • Check ook of je wachtruimte (stoelen, leesmateriaal) en onderzoeksmateriaal afgestemd zijn op kinderen (en volwassenen) met overgewicht.

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Niet-stigmatiserende communicatie: kernboodschappen.

Negotiëren

Wanneer een kind/ouders zich bij jou aanmelden, verken dan samen met hen hun hulpvraag. Bepaal een gezamenlijke agenda: “Waar willen we het vandaag over hebben?”. Vertrek van hoe opgroeien gaat: Focus eerst rond het functioneren in het algemeen, en kom dan bij deelthema’s: “Zijn er ook vragen rond voeding of eetgedrag?” 

Bij het werken met kinderen en jongeren botsen we vaak op de vraag ‘hoe motiveren we deze jongere om gedrag of gewoontes te veranderen?’ Maar eigenlijk gaat het er vaak om eerst te verkennen waarvoor iemand reeds gemotiveerd is, om vervolgens motivatieversterkend in te voegen.

Enkele handvatten

  • Stel open vragen (Bv. “Wat denk je van de groei en het gewicht van je kind?”).
  • Vraag toestemming: om over gewicht/eetgedrag te praten, om (bijkomende) informatie te geven.
  • Luister eerst voor je advies geeft: Wat zijn de bezorgdheden van de patiënt, wat weet deze al over het probleem, welke stappen werden hierrond al gezet?
  • Vat samen en koppel terug: vat in neutrale taal samen wat je gehoord hebt, bekrachtig wat goed gaat, benoem bezorgdheden/moeilijkheden.
  • Geef advies op maat: vertrek van wat kind/gezin reeds doen.
  • Zoek samen naar volgende stappen en geef keuze.
  • Zorg dat de stappen niet te groot zijn en dat ze betrekking hebben op gedrag (niet gewicht).
  • Focus op de voordelen van gezond gedrag, eerder dan op de nadelen van ongezond gedrag (bang maken).

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Motiverende gesprekvoering.

Onderzoeken

Vraag goedkeuring om het kind te meten en te wegen. Wees alert voor een negatieve lichaamsbeleving tijdens het wegen, zelfstigmatisering, en de reacties van de ouders of anderen uit de omgeving. 

Interpreteer de gewichtsevolutie via de groeicurven of de gewichtsindex (beschikbaar via de Richtlijn Gewicht van de VWVJ), afhankelijk van de leeftijd van het kind. Vraag of er lichamelijke klachten zijn. Voor een klinisch onderzoek uit en bepaal welke technische onderzoeken nodig zijn. Deze fiche kan een hulpmiddel zijn in het onderzoek. 

Bevraag Leefstijl: Gezond leven = A.L.L.E.S.

Screen op verstoord eetgedrag en ga na of er andere psychosociale problemen zijn.

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Inschatting van gewichtsstatus en Diagnostiek.

Verduidelijken

Je kan als arts nuttige psycho-educatie geven. Vraag of jij het gezin kan helpen: Kennen ze de nieuwe inzichten in verband met overgewicht al?

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Behandeling in de eerstelijn.

Actie bepalen

Ga na of er doorverwijzing nodig is voor verder onderzoek, binnen medisch-specialistische zorg of vanuit andere disciplines. Bepaal de ernst van obesitas o.b.v. de EOSS-P, ga na of er (mogelijk) een eetstoornis is, en bepaal het overeenkomstige zorgniveau.

Figuur 2. Stepped-care zorgtraject rond kinderen en jongeren met obesitas in België

Obesitas:

  • Ambulante basiszorg
    • Obesitas met EOSS-P 0/1
    • Overweeg samenwerking met andere (gesubsidieerde) hulpverleners uit de eerstelijn.
      • Bekijk de opties binnen gesubsidieerde eerstelijnszorg: ELP-conventie, diëtist, kinesitherapeut
  • Gespecialiseerde zorg
    • Obesitas met EOSS-P 2/3
    • Schakel een PMOC in. Overweeg bij comorbide eetstoornis eventueel de conventie eetstoornissen.
  • Twijfel? Vraag advies aan een PMOC.

Overgewicht:

  • Eerstelijnszorg
    • Overgewicht met beginnende eetproblemen of lichte psychische klachten:psychische ondersteuning binnenELP-conventie functie 1 of 2, en/of diëtist, en/of kinesitherapeut
  • Gespecialiseerde zorg
    • Comorbide eetstoornis (AN, BN, BED) én 10 t.e.m. 23j: zorg binnen conventie eetstoornissen
    • Andere comorbide psychische stoornis (bv. angst, depressie):
      • Psychische zorg binnen ELP-conventie (functie 3), en/of diëtist, en/of kinesitherapeut

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Ernstinschatting en behandelindicatie.

Timen en plannen

Ambulante basiszorg

  • Monitor afwijkende resultaten en gewichtsevolutie
  • Formuleer gezamenlijke doelen
    • Sluit aan bij de motivatiefase van de patiënt en werk volgens de principes van motiverende gespreksvoering
  • Geef leefstijladvies en psycho-educatie
  • Werk eventueel samen met een diëtist, klinisch psycholoog/orthopedagoog (verstoord eetgedrag!), kinesitherapeut, praktijkverpleegkundige
    • Leid toe naar het gesubsidieerd zorgaanbod en zorg voor de nodige verwijsbrieven

Gespecialiseerde zorg 

Hoe een zorgtraject starten?

  • Bij EOSS 0 en 1 start je het zorgtraject in de eerstelijn op na diagnostiek en verwijsbrief door de huisarts.
  • Bij EOSS 2 of 3 wordt het zorgtraject geïnitieerd nadat:
    • Een zorgtrajectcontract ondertekend is door (1) patiënt, (2) huisarts en/of kinderarts uit eerste lijn en (3) verantwoordelijk kinderarts van het PMOC
    • Een aanvraag voor terugbetaling van het multidisciplinair zorgtraject ingevuld door (1) ouder of voogd van de patiënt en (2) verantwoordelijke kinderarts van het PMOC

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Opvolging door de huisarts en Samenwerking

Evalueren en bijsturen

Evalueren: De gewichtsevolutie en gezondheidsparameters worden opgevolgd. Leefstijlaanpassing is belangrijker dan gewichtsverandering. Evalueer vooruitgang op vlak van eet- en beweeggedrag met aandacht voor eetcompetenties, positief lichaamsbeeld, emotieregulatie en sociaal netwerk, en ruimere leefstijlfactoren zoals slaapgedrag.

Bijsturing bij onvoldoende resultaat: 

  • Weerstand: Herbekijken motivatiecirkel (fiche motivatie)
  • Te weinig impact: opschalen intensiteit/niveau zorg  

Meer info
Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Deze stap is uitgebreid uitgewerkt in Behandeldoelen en Zorgtraject in België.