Zelfzorg voor ouders

Jezelf tegenkomen

Wanneer je ontdekt dat je kind een eetstoornis heeft, wil je je kind helpen. En je zal merken dat je jezelf tegenkomt. Je kan je afvragen of je iets had kunnen doen om de eetstoornis te voorkomen. Je kan bang zijn dat je te streng bent geweest, niet streng genoeg, te laks, te controlerend, … Deze twijfels zijn begrijpelijk. Echter, te lang stilstaan bij wat je anders had kunnen doen kan verlammend werken. Jouw aandacht, energie en liefde zijn nodig in het hier en nu. Verleg je perspectief van schuldgevoelens naar een wij-gevoel. Door je focus te leggen op wat je nu kan doen voor jezelf, je kind en je gezin kunnen schuldgevoelens stilaan ruimte maken voor hoop. Als ouder kan je immers verschil maken in het herstelproces van je kind. Je kan inzetten op verbinding en communicatie met je kind, op coaching tijdens de maaltijden, het voorzien van ondersteunende structuur en de nodige opvang tijdens moeilijke momenten. Dit kan aanvoelen als een enorme opdracht net op een moment dat de eetstoornis heel wat stress en onzekerheid teweegbrengt in je leven. ‘Stress’ heeft een functie: het houdt ons wakker en alert voor de zorg die je kind op dit moment nodig heeft, anderzijds kan de aanhoudende blootstelling aan stress leiden tot klachten en uitputting.

Alles lijkt anders

Misschien heb je gemerkt dat je sinds de komst van de eetstoornis veranderd bent in de manier waarop je omgaat met je kind, of in de manier waarop je de maaltijden klaarmaakt of hoe je reageert tijdens conflicten en ruzies. Misschien is het ook moeilijker geworden om af te spreken met familie en vrienden, voel jij je vaak onbegrepen in de zorgen voor je kind. Kortom, wellicht zijn er veel dingen veranderd sinds je een ‘ongewenste gast’ in huis hebt.

  • Focus op de kleine dingen die je KAN doen ter ondersteuning van de eetmomenten en herstel
  • Focus op leren wat je moet leren i.v.m. je kind, zijn groeiproces en de eetstoornis.
  • Focus op veranderingen die je kan aanbrengen wanneer dat nodig is
  • Focus op het nastreven van een effectieve behandeling

5 krachtzinnen voor ouders

  • Jij hebt de eetstoornis niet veroorzaakt
  • Je kind kan herstellen
  • Een eetstoornis staat los van wie je kind is
  • Jij hoeft het niet alleen te doen
  • Je kan kiezen voor herstelgericht opvoeden

5 krachtzinnen over je kind

  • Je kind heeft niet voor de eetstoornis gekozen
  • Je kind kan herstellen
  • Een eetstoornis staat los van wie je kind is
  • Je kind hoeft het niet alleen te doen
  • Je kind kan kiezen voor herstel

De weg naar herstel is een marathon, geen sprint

We weten bovendien dat het herstelproces van een eetstoornis een langdurig proces is, als ouder zal je je dus eerder moeten voorbereiden op een marathon dan wel op een sprint. Om deze marathon vol te houden zal je moeten inzetten op herstelmomenten voor jezelf. Ook al zou je liefst alle voorrang willen geven aan je kind en jezelf daarin zoveel mogelijk wegcijferen. Intussen weten we dat dit geen goed idee is. Hoe kan je in deze periode goed zorgen voor jezelf? De kans om zelf psychische problemen te ontwikkelen (bv. angst- en depressie) is immers reëel. 

Ouders van een kind met een eetstoornis zijn vaak geraakt in hun eigen psychologische basisbehoeften als ouder (zie ook hier). Hieronder vind je enkele adviezen.

Autonomie: ‘Ik voel me gefaald als ouder.’

  • Zorg ervoor dat je kind met een eetstoornis professionele zorg krijgt. 
  • Zorg dan voor regelmatige afspraak met zuurstof voor jezelf, je partnerrelatie en de andere kinderen. 
  • Zorg ervoor dat je – eens je kind zorg heeft – weer tijd neemt voor jouw verschillende levensdomeinen. Als je leven een huis is met veel kamertjes, zorg je dat je stilaan weer in elk kamertje kan huizen: in je werkkamer, in je rustkamer, in je chillkamer, in je gezinskamer, in je keuken, in je badkamer, in je tuin…   

Verbondenheid: ‘Niemand begrijpt wat we meemaken.’

Sommige ouders voelen zich beschaamd over de eetstoornis en de moeilijkheden waarmee het gezin te maken krijgt. Dit (zelf-)stigma kan leiden tot isolatie en het vermijden van sociale contacten. Op lange termijn kan dit zorgen voor meer stress. Probeer het stigma te doorbreken door openlijk te spreken over wat de eetstoornis met jou doet, met mensen in je omgeving.

Competentie: ‘Alles wat ik doe of zeg is precies verkeerd.’

  • – Zoek contact met andere ouders van jongeren met een eetstoornis, en vraag hen naar tussenstappen die voor hen helpend waren in het omgaan en begeleiden thuis. 
  • Maak duidelijke afspraken over wanneer je beschikbaar bent. 
  • Maak duidelijke afspraken en grenzen in het gezinsleven. 
  • Verzamel goede informatie. Laat je niet leiden door mythes over eetstoornissen.

Als je het even niet meer ziet zitten 

Als je zelf depressief of uitgeput bent of je schuldig voelt, ben je op dit moment misschien niet de beste ouder om je kind te helpen herstellen. Ga op zoek naar hulp voor jezelf. Je hoeft niet alles op jou te nemen en kan anderen vragen om dingen over te nemen die voor jou niet lukken.

Breng een samenwerkende, niet conflictueuze relatie met je kind tot stand. Als je eenmaal een positief sfeer hebt bereikt, kun je gaan uitzoeken hoe je met je kind kan samenwerken om een effectief herstelplan op te stellen. 

Voorbeeld:

“Na een maand in de frontlinie te hebben gestaan om haar dochter met anorexia te voeden, voelde Lies zich volledig uitgeput ontmoedigd en ook schuldig omdat haar dochter Kaia geen vooruitgang boekte. Lies en haar man, Jan, besloten dat Jan het toezicht op het eten van Kaia zou overnemen. Kaia vertelde me dat hoewel ze van haar moeder hield en het gevoel had dat ze haar eetproblemen echt begreep, de nuchtere benadering van haar vader verfrissend was. “Papa vat het niet persoonlijk op zoals mama dat doet als ik het moeilijk heb”, vertelde Kaia. Lies, die echt uitgeput was, had er baat bij zelf een hulpverlener te zien, die haar hielp haar gevoelens te ordenen en een productievere kijk te ontwikkelen.”

“Ga nooit in discussie met de eetstoornis. Je kan niet winnen!”