Het basisaanbod van het CLB

Het basisaanbod tijdens de systematische contacten bestaat uit het meten en wegen van alle leerplichtige kinderen en jongeren volgens de decretaal bepaalde regelmaat en de methode beschreven in de Standaard Groei. Hierop volgt een interpretatie en besluitvorming volgens de aanbevelingen en opgetekend in de respectieve werkkaarten voor de lengtegroei en de gewichtsevolutie. Kinderen, jongeren en hun ouders worden op gepaste wijze geïnformeerd over de resultaten en het te volgen beleid.

 Voor de praktijkleidraad voor de systematische contacten, klik hier

Schematisch volgens klasjaar

Voor de jongste kleuters

Ouders worden systematisch uitgenodigd voor het periodiek contact voor de 1ste kleuters. Tijdens dit contact wordt de groei gemonitord en de opvoedingsstijl van de ouders en het voedingsgedrag besproken.

Figuur 3: Werkwijze bij preventie en detectie van voedingsproblemen tijdens het systematisch contact voor 1ste kleuters

Figuur 4: Werkwijze bij preventie en detectie van gewichtsproblemen tijdens het systematisch contact voor 1ste kleuters.

Infofiche gesprek rond de weegschaal kleuters – CLB

Groeiconsult kleuters in het CLB.

Infofiche

– 96 KB

De leerjaren 1, 4, en 6

Voor leerlingen van het eerste, vierde en zesde leerjaar (leeftijdscohortes 6, 9 en 11 jaar), is het in afwezigheid van ouders en een gevalideerde screeningsvragenlijst niet mogelijk om in het basisaanbod te screenen voor eetproblemen/stoornissen. In afwachting van een valide instrumentarium wordt de groei gemonitord en zal een afwijkend gewicht of problematische evolutie de aanleiding zijn voor een bijkomend aanbod in een vervolgcontact met de ouders. De CLB-medewerker zal alert zijn voor signalen en vragen die betrekking hebben op eten en de perceptie van het lichaamsbeeld. Mits akkoord van de betrokkenen (kind en ouders) kan er in het bijkomend aanbod gepeild worden naar eetgedrag en eetstijl van de leerling en kan er in een of meer vervolggesprekken worden geoordeeld over de aard en ernst van het probleem en zo nodig een verwijzing worden georganiseerd. 

Figuur 5: Werkwijze bij preventie en detectie van gewichtsproblemen tijdens het systematisch contact voor kinderen van het eerste, vierde en zesde leerjaar.

Infofiche gesprek rond de weegschaal kinderen – CLB

Groeiconsult kinderen lagere school in het CLB.

Infofiche

– 103 KB

3de secundair

Het contact start met een verwelkoming en een gesprek waarin samen de agenda wordt gesteld. Het welbevinden van de adolescent in diverse contexten, de perceptie van het eigen lichaamsbeeld en het groeipatroon worden besproken. Er wordt ruimte wordt gemaakt voor vragen van de leerling. Na het gesprek volgt het wegen en meten en is men alert voor signalen van ongenoegen met de meetresultaten. Dit kan aanleiding zijn voor bijkomende vragen over de eetstijl en het eetgedrag.

Figuur 6: Werkwijze bij preventie en detectie van problemen met eten en gewicht tijdens het systematisch contact voor jongeren van het derde secundair onderwijs.

Infofiche gesprek rond de weegschaal jongeren – CLB

Groeiconsult jongeren in het CLB.

Infofiche

– 117 KB

Criteria gewicht (*nieuw)

Als meetbare indicatoren voor het gewicht en een (eventueel) gewichtsprobleem, worden de Body Mass index (BMI) (> 9 jaar), de gewichtsindex (< 9 jaar) en een interpretatie van lengte-en gewichtscurve gebruikt.

Bij volwassenen werden de criteria voor overgewicht en obesitas bepaald op basis van hun relatie met een verhoogd risico op gezondheidsproblemen. Vanaf een BMI van 25 spreekt men van overgewicht, boven 30 van obesitas (boven 40 van morbide obesitas). Ook voor een laag gewicht en ernstig ondergewicht zijn er volwassen criteria vastgelegd. Bij kinderen worden de volwassen grenswaarden van 16, 18,5, 25 en 30 geëxtrapoleerd via de BMI-voor-leeftijd referentiecurves (via percentielen). De BMI-curven vind je hier.

Vergelijkt men de BMI-criteria voor overgewicht en obesitas met deze van de gewichtsindex, dan stelt men vast dat een kind tot de leeftijd van ± 8 à 9 jaar met het BMI-criterium sneller als te zwaar worden aangewezen dan wanneer het criterium van de gewichtsindex wordt gebruikt (figuur 7).

Omdat de gewichtsindex de gebruikte behandelparameter is en omdat het criterium voor overgewicht en obesitas voor kinderen tot en met de leeftijd van 9 jaar en 0 maanden beter aansluit bij de klinische indruk van een gewichtsprobleem, worden in deze nieuwe aanbeveling de BMI-criteria voor overgewicht en obesitas verlaten voor de jonge leeftijdscategorie en zullen de criteria voor overgewicht en obesitas van de gewichtsindex worden gebruikt. Dit geldt voor jongens én meisjes. De zone van normaal gewicht wordt bovenaan begrensd door het gewichtsindex-criterium 120 en onderaan door de bovengrens van de BMI-onderste grijze zone.

Boven de leeftijd van 9 jaar en 0 maanden worden de BMI-criteria van de Vlaamse groeicurven gebruikt: overgewicht wordt bepaald door de hoge grijze zone, obesitas situeert zich boven de hoge grijze zone.

Als criterium voor zorgwekkend ondergewicht wordt het BMI-criterium ‘ernstig ondergewicht’ (= de zone onder de onderste grijze zone op de BMI-curve) toegepast en dit voor alle leeftijden.

Figuur 7: beeld van de Vlaamse Groeicurven BMI met de geplotte criteria voor overgewicht (tussen de onderste lijn van rode kruisjes en de hogere lijn van kruisjes) van de gewichtsindex en obesitas (boven de hoge lijn van rode kruisjes). Deze criteria worden toegepast voor de beoordeling van het gewicht tot de leeftijd van 9 jaar.

Percentage overgewicht of gewichtsindex = (actuele BMI / p50 BMI) x 100 

Tabel 1. Definitie van overgewicht/obesitas bij kinderen (toe te passen <9 jaar) volgens gewichtsindex

90-120%normaal gewicht
120-140%overgewicht
140-160%matige obesitas
160-190%ernstige obesitas
>190%morbide obesitas

Een opvallende toename van de BMI waarbij centiele lijnen worden overkruist, vraagt de nodige aandacht en interpretatie waarbij de leeftijd, de ontwikkeling van de puberteit, de familiale voorgeschiedenis, de persoonlijke medische antecedenten, medicatiegebruik, behandeling of begeleiding belangrijk zijn. In dit licht zal een vervolgbeleid op maat worden overwogen.

Een stagnatie van de BMI of een neerwaarts overkruisen van centiele lijnen vraagt eveneens een zorgvuldige interpretatie en vervolgbeleid.