Een warm en helder onthaal

Vanuit de klinische praktijk blijkt dat een warm en helder onthaal heel belangrijk is voor het effectieve behandelverloop. In dit stuk wordt weergegeven, vanuit de klinische praktijk, hoe je binnen een medisch-pediatrische context hier naartoe kan werken.
De algemene behandelingsvisie dient van bij het begin van de opname aan de patiënt en zijn gezin overgemaakt te worden. Dit bepaalt mede het therapeutisch klimaat waarbinnen de begeleiding plaatsvindt, wat een voorwaarde is voor het welslagen van de begeleiding. Het opbouwen van een therapeutische relatie met de patiënt en het gezin staat hierbij centraal, vanaf de prille start van de opname. Verder vormt het beklemtonen van de ondersteuning die zal worden gegeven vanuit het team een aandachtspunt i.f.v. het opbouwen van vertrouwen. Gezien de cruciale rol van de psycholoog start de opname bij voorkeur op een dag waarop de psycholoog op de dienst aanwezig is. Toch dient opgemerkt te worden dat dit niet altijd realistisch is, aangezien patiënten geregeld via bv. spoedgevallendienst binnenkomen, en dus vaak ongepland. Onderstaand wordt een overzicht gegeven van enkele belangrijk richtlijnen voor een warm en helder onthaal. Hierbij verwijzen we ook naar de Onthaalbrochure (zie Bijlage 1. Voorbeeld onthaalbrochure).

Algemene kennismaking met het gezin bij opname

Op de dag van opname is het van belang dat er een vaste verpleegkundige per shift (vroeg-dag-laat-nacht) het gezin bijstaat, en dat de patiënt reeds kort kan kennismaken met de andere hulpverleners die deel uitmaken van het team (kinderarts, psycholoog, diëtist, spelbegeleiding). Indien de patiënt en het gezin dit aankan, kan het nuttig zijn dat elke hulpverlener kort schetst wat zijn/haar rol is doorheen de opname. Echter, de start van een opname kan ook een crisismoment zijn voor de patiënt en zijn/haar gezin waardoor dit heel overweldigend kan zijn. Het blijft dus een klinische inschatting of deze kennismaking met de hulpverleners kan op deze eerste dag, of beter gespreid kan gebeuren. Tijdens deze kennismaking gelden de principes van motivationeel en niet-oordelend werken. Zo wordt het gesprek vanuit een zorg naar de jongere toe opgestart, zonder straffend te zijn. Het is hierbij ook van belang om voldoende aandacht te hebben voor de identiteit van de patiënt zonder de eetstoornis (bevragen van hobby’s, interesses, leefwereld, etc.).

Opmerking: Binnen een ziekenhuissetting is er vaak een vaste en automatische start van de ziekenhuismaaltijden. Bij patiënten met een eetstoornis is het belangrijk dit proces goed af te stemmen op de patiënt. Indien mogelijk is het zeer helpend als de diëtist kan kennismaken met de patiënt voor de eerste maaltijd aangeboden wordt en indien mogelijk in de eigen kamer. Echter, dit laatste is niet altijd haalbaar aangezien de maaltijden onder toezicht dienen te gebeuren. Indien er dus meerdere eetstoornispatiënten opgenomen zijn, kunnen vaak niet meerdere verpleegkundigen deze taak opnemen.

Algemene afspraken infobrochure bespreken met de patiënt en zijn/haar context

Naast de algemene kennismaking worden er, indien haalbaar voor de patiënt in de slechte somatische toestand, binnen het eerste gesprek met de psycholoog ook reeds een aantal belangrijke waarden en concrete afspraken besproken (dit kan bv. a.d.h.v. een aantal kernwoorden: Vertrouwen, Eerlijkheid, Respect, Structuur, Verbondenheid, Openheid en Samenwerking1). Uitleg over de reden van opname, de eetstoornis, de werking van de pediatrie-afdeling, algemene afspraken op de afdeling (cf. huisregels omtrent beweging/langdurig rechtstaan, gebruik van de rolstoel, regels omtrent het verlaten van de afdeling, invulling van de tijd, contact met thuis) komen hierbij aan bod.


De infobrochure (zie Bijlage 1. Voorbeeld onthaalbrochure voor een voorbeeld uit de praktijk) wordt nadien afgegeven aan de patiënt en zijn/haar ouders, zodat alle mondeling verstrekte informatie ook nog eens rustig kan worden nagelezen [22, 44]. Bij het overlopen van de afspraken is het belangrijk om voldoende aandacht te besteden aan het benoemen van de striktheid van het beleid ten aanzien van de schadelijke effecten van de eetstoornis (bv. schaden van het lichaam, kans op overlijden door de eetstoornis), niet ten aanzien van de patiënt. Deze afspraken zijn aldus niet-onderhandelbaar om fysieke, psychologische of voedingsmatige veiligheid te waarborgen. Voorbeelden zijn: monitoring van eetmomenten, supervisie op momenten dat men last heeft van beweegdrang.

Het zich eigen maken van de kamer

Na de eerste kennismaking en het bespreken van algemene afspraken krijgt het gezin de tijd om zich te installeren in de kamer. Het herwinnen van de eigen identiteit staat centraal in de strijd tegen de eetstoornis. Het is daarom van belang om tijdens het onthaal in te zetten op de mogelijkheid om de kamer zelf in te richten (cfr. lampje, eigen dekentje, foto’s, kadertjes met positieve quotes,…). Dit helpt patiënten om zich sneller thuis te voelen en de gekozen objecten kunnen een motiverende werking hebben tijdens het herstelproces. Het hebben van een eigen vaste kamer van bij de start van de opname en doorheen de volledige duur tot aan het ontslag is dus ook van belang omwille van deze identiteit gerelateerde en motivationele redenen.

Praktische afspraken met de context

Opname op de dienst pediatrie brengt ook grote veranderingen met zich mee voor de context van de patiënt (gezin, school). Patiënten maken zich hierover zelf ook vaak zorgen. Het is dan ook belangrijk om deze praktische afspraken met de context reeds van bij het begin van de opname te communiceren. De psycholoog maakt een weekschema op samen met het gezin, waarop vermeld staat wie wanneer aanwezig zal zijn als steunfiguur tijdens en na de eetmomenten. Het is hierbij aan te bevelen om de patiënt zelf te betrekken bij de opmaak van dit schema, waarbij er actief gezocht wordt naar vertrouwde figuren binnen het eigen netwerk, zodat er niet louter teruggevallen wordt op de ouders. Binnen de werking van veel pediatrie-settings lijkt het middagmaal het makkelijkste eetmoment te zijn om door het personeel te laten ondersteunen, terwijl ochtend- en avondmaaltijden mogelijks door de ouders of een andere steunfiguur worden ondersteund, indien dit voor de gezinsleden haalbaar is. Ouders/verzorgingsfiguren worden door de psycholoog van de dienst of via een ambulante oudertraining ondersteund in hoe ze deze eetmomenten het best kunnen begeleiden (zie hoofdstuk 8). Indien haalbaar is het nuttig om alle maaltijden door verpleging of spelbegeleiding te laten ondersteunen, zodat ouders van deze taak ‘ontlast’ kunnen worden en er herstel kan optreden in de ouder – kind relatie.


De psycholoog of maatschappelijk assistent maakt daarnaast ook afspraken met de patiënt i.f.v. contactopname met de school en de haalbaarheid van (gedeeltelijke) continuïteit van het onderwijs via online lessen of opdrachten en/of ziekenhuisschool. Nadat de patiënt zelf beluisterd werd gaat de psycholoog (in overleg met de arts) in gesprek met de school (de zorgcoördinator) om vanuit de verschillende disciplines gezamenlijk te bepalen wat vereist is om te kunnen slagen en wat haalbaar is voor de patiënt, gegeven de medische en psychologische toestand op dat moment. Het is hierbij van belang om duidelijk aan de patiënt terug te koppelen welke schoolse afspraken werden gemaakt (vb. casusafhankelijk kan vanuit de school beslist worden dat een leerling geen (eind)examens dient af te leggen om te kunnen doorstromen naar het volgende jaar). Sommige pediatriediensten stellen in hun schools beleid dat school volgen tijdens opname op de pediatrie niet mogelijk is. Toch wordt dan een uur per dag ziekenhuisschool aangeboden, maar zonder schoolse inhoud. Vanuit deze richtlijn wordt naar voren geschoven dat na ontslag niet naar school gegaan mag worden als er meer dan 7kg ondergewicht is, een halftijds traject kan gevolgd worden tot 2 kg ondergewicht. Sporten op school en fietsen naar school kan pas vanaf een gezond gewicht (klinische ervaring; experten groep).


VERTROUWEN (cfr vertrouwelijkheid van info versus gedeeld beroepsgeheim), EERLIJKHEID (cfr link naar het wegstoppen van voeding, doorspoelen,… als strategie die de eetstoornis hanteert maar waarover eerlijkheid nadien echt nodig is in de strijd tegen de eetstoornis), RESPECT (we respecteren de grenzen die patiënten aangeven en hebben geen oordeel over hun fysieke conditie; om tegemoet te komen aan het gevoel van schaamte dat er soms is), STRUCTUUR (cfr dagstructuur, ook als manier om voorspelbaarheid te creëren ifv meer mentale rust ), VERBONDENHEID (cfr met het gezin maar ook met vrienden/school waar gewenst), OPENHEID (we staan open voor elke vorm van feedback die de patiënt en/of ouders hebben, een goede afstemming is noodzakelijk voor het creëren van een veilige context waarbinnen het traject loopt)