Stigma kan eetproblemen en gewichtsproblemen in de hand werken. Zonder het te beseffen worden we (bijna) dagelijks geconfronteerd met vooroordelen en stigma rond gewicht. Gewicht is internationaal een belangrijke bron van discriminatie, maar roept minder reacties op dan veel andere vormen van discriminatie. Een kwalijk gegeven omdat blijkt dat stigma en stigmatiserend communiceren over gewicht negatieve gevolgen kan hebben. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat stigmatisering kan leiden tot een toename in verstoord eetgedrag, maar ook een invloed heeft op sociale isolatie, zelfbeeld en psychische klachten. Dit zijn risicofactoren van eetproblemen en gewichtsproblemen. Het stigma verergert dus eetproblemen en gewichtsproblemen in plaats van ze te voorkomen (zoals vaak wordt aangenomen).
Uit onderzoek blijkt dat heel wat van de ‘assumpties’ die vaak terugkomen bij stigmatiserend communiceren eigenlijk niet correct zijn. Voorbeelden van mythes zin ‘gewicht is maakbaar, als je te veel weegt kan je gewoon afvallen als je dat wil’, ‘iemand met overgewicht is altijd ongezond, en iemand met een normaal gewicht is altijd gezond’, en ‘iemand met een eetstoornis wil aandacht en moet gewoon wat meer eten’. Hieronder vind je meer uitleg bij deze foute assumpties.
Gewicht is in veel mindere mate controleerbaar dan beeldvorming ons laat geloven. Veel van de betrokken factoren staan slechts gedeeltelijk onder persoonlijke controle. Streng lijngedrag kan eetproblemen uitlokken.
Een normaal gewicht garandeert geen goede gezondheid, net zoals over- of ondergewicht niet gelijk staan aan ziekte. Een gezonde leefstijl met bijhorende gezondheidswinst kan in principe op elk gewicht bereikt worden.
Iemand met een eetstoornis kiest hier niet voor. Het is bovendien niet gemakkelijk om de eetstoornis los te laten, ondanks de wens om te veranderen. Periodes van herval zijn eigen aan de stoornis, niet aan de patiënt.
Stigmatisering bij eetproblemen en gewichtsproblemen heeft veel te maken met attributies rond persoonlijke verantwoordelijkheid. Een eetstoornis wordt hierbij beschouwd als een levensstijlkeuze of als een gebrek aan weerbaarheid tegen “normale” socioculturele druk om slank te zijn, overgewicht als het gevolg van een gebrek aan motivatie of wilskracht om “gezond” te leven. Jammer genoeg zijn deze stigma’s wijdverspreid en leven ze ook in de hulpverlening. Het advies om minder te eten en meer te bewegen (of andersom bij ondergewicht), dat veel hulpverleners geven, is dan ook in essentie een stigmatiserende boodschap.
Gewicht is echter in veel mindere mate controleerbaar dan de maatschappelijk en industriële beeldvorming ons laat geloven. Diverse determinanten spelen een rol in leefstijl en gewicht, en veel van deze factoren staan slechts gedeeltelijk onder persoonlijke controle. Bovendien worden gewicht en gezondheid vaak onterecht als synoniemen beschouwd. Een normaal gewicht garandeert echter geen gezondheid, net zoals over- of ondergewicht niet gelijk staat aan ziekte. Er zijn directere determinanten van gezondheid, zoals leefstijl, en een gezonde leefstijl met bijhorende gezondheidswinst kan in principe op elk gewicht bereikt worden.
Stigmatisering bij eet- en gewichtsproblemen is een probleem dat ook kinderen treft. Niet alleen leeftijdsgenoten, maar ook ouders, leerkrachten, hulpverleners, en de media kunnen een rol spelen in stigmatisering. Denk aan pestgedrag door leeftijdsgenoten, negatieve opmerkingen rond het gewicht van het kind door ouders, lagere verwachtingen rond schoolprestaties van kinderen met overgewicht door leerkrachten, en negatieve voorstelling (minder intelligent, minder fit) van personages met overgewicht in kinderprogramma’s (Pont et al., 2017). Onderzoek toont ook dat mensen liever afstand houden van personen met eet- en gewichtsproblemen (Puhl & Suh, 2015).
Stigmatiserende ervaringen geven psychische stress (met verhoogd risico op o.m. depressie, angst, emotioneel eten, negatief zelf- en lichaamsbeeld en schoolproblemen in de kindertijd), isoleren het kind, beïnvloeden gezondheidsgedrag op latere leeftijd en hebben zelfs een sociaaleconomische impact (inclusief kansen op de arbeidsmarkt), gevolgen die op hun beurt weer bijdragen aan het in stand houden of erger worden van het gewichtsprobleem. Zo komt het kind in een vicieuze cirkel terecht en werken de gevolgen door tot in de volwassenheid (Puhl et al., 2017).
Ook hulpverleners geven, vaak onbewust, stigmatiserende boodschappen. Dit kan vele vormen aannemen: een wachtkamer inrichten met modeblaadjes met reclame voor trendy diëten, leefstijladviezen geven vóór het eet- en beweeggedrag werden ingeschat, beladen termen zoals ‘dik’ gebruiken, minder tijd nemen om klachten uit te diepen of informatie te geven, niet het gepaste onderzoeksmateriaal in huis hebben…
Maar hulpverleners kunnen ook een voorbeeldrol spelen in een niet-stigmatiserende aanpak en kunnen ouders ondersteunen in de communicatie rond eten en gewicht met hun kind.
Destigmatisering begint bij een visieverschuiving rond de maakbaarheid van gewicht, zich bewust worden van eigen opvattingen en voordelen, en hoe deze je taal en gedrag kunnen beïnvloeden.
Vanuit een ruimere visie op gewicht en gezondheid, werd de EOSS(-P) (Edmonton Obesity Staging System (for Pediatrics)) ontwikkeld, een Canadees stadiëringssysteem dat gezondheidsrisico’s en prognose bij obesitas in rekening brengt in de ernstinschatting. Hierbij wordt erkend dat ook iemand met obesitas een gezonde leefstijl en goede gezondheid kan hebben. Deze visie en tool is bijzonder bruikbaar in de hulpverlening.
Meer info vind je in het stappenplan Basiskennis eetstoornissen en gewichtsproblemen.
De kernboodschappen rond niet-stigmatiserende communicatie in de hulpverlening zijn:
Stigma en de nood aan doordachte communicatieboodschappen is in alle settings belangrijk: op school, op het werk, in lokale beleidscampagnes, in het gezin, in de media, in de sport, in het jeugdwerk… Voor elk van deze contexten hebben we materialen op maat.
Focus op gezonde leefstijl, in al zijn facetten; voor iedereen, bij elk maatje.
Maak het onderscheid tussen een normaal gewicht en een gezond gewicht.
Kies voor positieve boodschappen die groeigericht zijn.
De VU Amsterdam (Care for Obesity) ontwikkelde verschillende folders en factsheets rond stigmatisering en respectvolle communicatie rond gewicht, in het bijzonder voor de doelgroep kinderen en jongeren:
Datum laatste aanpassing: 5 augustus 2024
Materialen waarmee je aan de slag kunt over thema communicatie en stigma.
Infofiche praten over eten en gewicht aan de feesttafel
Hoe reageer je op opmerkingen over uiterlijk en gewicht tijdens de feestdagen?
Infofiche
– 2.6 MB
Infofiche praten over eten en gewicht met je kind
,Praten over eten, uiterlijk en gewicht met je kind.
Infofiche
– 811 KB
Infofiche niet-stigmatiserend praten over eten en gewicht
Tips voor niet-stigmatiserend communiceren voor zorgverleners.
Infofiche
– 812 KB
Deze toolbox ondersteunt je maatgericht bij kwaliteitsvol mediawerk.
Toolbox
Bij Eetexpert verzamelen we geschikte foto’s die je vrij kan gebruiken in je werk.
Materialen en tools
Hoe kan ik vermijden dat ik stigmatiseer als hulpverlener?
Interventies bij hulpverleners die inzetten op empathie en kennisverhoging rond (diversiteit in) oorzaken en (beperkte) “controleerbaarheid” van gewicht, hebben een gunstige impact op destigmatisering Verder kan de EOSS(-P) kan hulpverleners ondersteunen in het kijken naar en praten over obesitas. Daarnaast zijn heel wat handvatten voor de-stigmatisering van eet- en gewichtsproblemen (en psychische problemen) te vinden in technieken binnen motiverende gesprekvoering: de patiënt benaderen als persoon in al zijn facetten en niet als “stoornis”; toestemming vragen om het gewicht te bespreken; negatieve termen zoals “dik” en “mager” vermijden; aansluiten bij de nood aan autonomie, verbondenheid en competentie van de patiënt.
De bevinding dat stigmatisering prevalent is onder hulpverleners, zelfs onder zij die veel ervaring hebben met de doelgroep, roept ons allen op om onze eigen mogelijke vooroordelen onder de loep te nemen. Stigmatisering zit ook in “kleine” dingen: modemagazines met enkel slanke modellen en stoelen met smalle armleuningen in de wachtkamer, weeg- of onderzoeksmateriaal dat niet afgestemd is op personen met obesitas, minder tijd besteden aan de consultatie, en minder alternatieve hypotheses onderzoeken bij gezondheidsklachten van personen met een gewichtsprobleem. Kleine aanpassingen kunnen een groot verschil maken in de zorgkwaliteit.
Enkele handvatten om een steunende, niet-beoordelende omgeving te scheppen:
Check ook de infofiche Niet-stigmatiserend praten over eten en gewicht voor hulpverleners.
Hoe communiceer ik over eten en gewicht met mijn kind, om te vermijden dat hij of zij een negatief lichaamsbeeld ontwikkelt?
Bouwen aan een gezonde houding ten opzichte van eetgedrag en gewicht start al heel vroeg; kleuters hebben reeds een voorkeur voor slanke lichamen boven mollige lichamen, en het verlangen om zelf slank te zijn zou ontstaan vanaf 6 jaar.
Er zijn verschillende zaken die je kan doen doorheen de verschillende levensfasen:
Je vindt deze en heel wat meer tips in onze materialen:
In elke klas zitten jongeren van alle maatjes. Hoe pak ik lesinhouden rond eten en gewicht aan in het onderwijs?
Blijf bij boodschappen die herkenbaar zijn voor élke jongere en hun groei ondersteunen. De elementen van een gezonde leefstijl zijn hierbij de kern, en bevatten ook aandacht voor lichaamswaardering. Help hen ook kritisch kijken naar hoe onze maatschappij bepaalde maten linkt aan succes en gezondheid. We hebben heel wat materialen om je hierin te ondersteunen, zowel met algemene boodschappen rond versterkend werken, als specifieke lespakketten rond bv. lichaamswaardering.
Je vindt de materialen voor onderwijs op onze pagina met materialen.
Ik wil een reportage maken rond personen met eetstoornissen en gewichtsproblemen. Hoe kan ik vermijden dat ik stigmatiserende boodschappen geef?
In dergelijke reportages zijn er heel wat aandachtspunten, zowel in de omgang met de personen in je reportage, als de mogelijke impact op je publiek. We brachten alles samen in onze Toolbox voor mediamakers. Je vindt er allerlei handvatten rond inhoud, taalgebruik, beeldmateriaal…
En er is een specifieke pagina rond niet-stigmatiserend communiceren.
Snel wat handvatten nodig? Check al even deze infofiche Praten over eten en gewicht – media.
Sporters hebben vaak een sterkere focus op gewicht. Hoe kan ik met hen communiceren rond gewicht?
De kern is om de focus bij je sporters te brengen naar het goed zorgdragen voor zichzelf, via een gezonde leefstijl (in al zijn facetten). Benadruk het belang van leefgedrag voor gezondheid en sportprestaties, niet van gewicht. Geef zelf nooit commentaar op het gewicht van een sporter, in positieve of negatieve zin, en kom tussen als sporters commentaar geven over elkaars lichaam, óf dat van zichzelf.
Meer informatie rond communiceren rond gewicht met sporters vind je in deze infofiche Praten over eten en gewicht – sporter.
Daarnaast kan je de sporters ook toeleiden naar deze fiches op hun maat: