Het ABC van Zelfdeterminatie

Motiverend werken bij gewichtsproblemen vormt dé basis van het werken aan gedragsverandering. De zelfdeterminatietheorie van Ryan en Deci is één van de drie motivatiekaders voor motiverend werken. De zelfdeterminatietheorie geeft een antwoord op de vraag hoe we kinderen naar meer en betere motivatie kunnen brengen.
Hun vertrekpunt is dat kinderen – en mensen in het algemeen – pas geneigd zijn om iets te veranderen als hun psychologische basisbehoeften zijn ingevuld. Het A-B-C van de motivering verwijst naar de drie basisnoden: de nood aan Autonomie (A), de nood aan verBondenheid (B) en de nood aan Competentie (C). 

  • De zelfdeterminatietheorie maakt een onderscheid tussen autonome en gecontroleerde motivatie.
  • Om autonome motivatie te bevorderen, wordt aandacht besteed aan Autonomie (A), Verbondenheid (‘Beloninging’, B), en Competentie (C).

Om een langdurige actieve levensstijl te promoten, is het volgens de Zelfdeterminatie Theorie belangrijk om de autonome motivatie ten opzichte van bewegen bij kinderen met overgewicht of obesitas te verhogen (Gillison et al., 2006). Gecontroleerde vormen van motivatie kunnen omgevormd worden tot autonome vormen van motivatie als de omgeving de drie basis psychologische noden ondersteunt, namelijk de nood aan autonomie, de nood aan zelf-waargenomen competentie en de nood aan verbondenheid/betrokkenheid (Ryan et al., 2000).

  • Autonomie is het gevoel van volledige keuzevrijheid, het gevoel controle te hebben over de eigen daden.
  • Zelf-waargenomen competentie is het gevoel in staat te zijn vooropgestelde doelen te halen, controle te hebben over het resultaat van je acties.
  • Verbondenheid betekent zich begrepen en geliefd voelen, zich gerespecteerd en aanvaard voelen, warme en betrokken relaties hebben.

De autonome motivatie om te sporten en bewegen bij kinderen met overgewicht en obesitas kan dus verhoogd worden door het creëren van een omgeving die autonomie, competentie en betrokkenheid bevordert (Gillison et al., 2006). In de volgende onderdelen wordt besproken hoe de bewegingsdeskundige of kinesitherapeut een noodondersteunde omgeven kan helpen creëren.