Evalueren

Het is belangrijk om het traject met de cliënt regelmatig te evalueren (bij voorkeur om de 4 weken). Evalueren zorgt ervoor dat er tijdig bijgestuurd kan worden indien nodig. Een bijsturing kan betekenen dat de doelen, aanpak of manier van werken in de begeleiding veranderd moet worden of dat andere of meer intensieve zorg moet ingeschakeld worden.

Evalueer de begeleiding aan de hand van:

  • Het al dan niet bereiken van de vooropgestelde doelen.
  • De houding van de cliënt t.o.v.  het proces en de doelen.
  • Dringende haast nodig? Kan men de cliënt nog een periode tijd geven?
  • Tevredenheid van cliënt over proces en bereikte doelen.

Belangrijk aandachtspunt bij het evalueren van de doelen: bij eet- en gewichtsproblemen is leefstijlaanpassing belangrijker dan gewichtsverandering. Evalueer vooruitgang op vlak van eet- en beweeggedrag met aandacht voor eetcompetenties, positief lichaamsbeeld, emotieregulatie en sociaal netwerk en ruimere leefstijlfactoren zoals slaapgedrag.

Bij onvoldoende resultaat is het belangrijk om bij te sturen:

  • Verken hindernissen
    • Doelen aanpassen
    • Nieuwe doelen formuleren
    • Zoeken naar strategieën om met hindernissen om te gaan (is dan een nieuwe doel)
    • Doelen:
      • Te hoog geformuleerd? Tussenstappen nodig?
      • Formuleren van nieuwe doelen?
      • Weerstand: Herbekijken motivatiecirkel (fiche motivatie)
      • Terug motivatie opschalen
      • Te weinig impact: opschalen intensiteit zorg (bv. aanklampende zorg invoegen)  (zie ook hoe doorverwijzen bij 7. Timen en plannen).

Infofiche motivatie – zorgverlener

Motivatiekaders en basishouding voor gedragsverandering.

Infofiche

– 149 KB